Seksverslaving bij vrouwen heeft tot nu toe weinig professionele aandacht gekregen. Het wordt nog steeds en onjuist gezien als een probleem dat primair bij mannen voorkomt. McKeague stelt in haar review dat het van belang is de sekse verschillen bij seksverslaving beter te begrijpen en zo een rijker, completer en meer gedetailleerd beeld te krijgen van de oorzaken, presentatie en behandeling van seksverslaving. De trend in de literatuur rondom seksverslaving is ofwel geen seksedifferentiatie toe te passen of de focus te leggen op de mannelijke populatie. In haar literatuuronderzoek tracht McKeague een stap te maken om dit te veranderen en probeert ze het inzicht in de unieke beleving en therapeutische behoeften van vrouwen met een seksverslaving te vergroten. Hieronder wordt een selectie van de bevindingen van haar onderzoek uiteengezet.
In haar review richt McKeague zich op de volgende 4 gebieden die ten grondslag liggen aan seksverslaving: trauma, hechting, schaamte en cultuur. Bij seksverslaafden is er in hoge mate sprake van trauma in de kindertijd maar bij de vrouwelijke populatie is dit nog hoger en het soort trauma is vaak ernstiger. Seksueel misbruik is in dit kader het meeste onderzocht en komt bij de meerderheid van zowel mannen als vrouwen met een seksverslaving voor. Bij vrouwen echter vaker en in een ernstigere vorm. Ook is er een positieve correlatie gevonden tussen seksverslaving bij vrouwen en seksueel, emotioneel en fysiek misbruik alsmede emotionele en lichamelijke verwaarlozing.
Zowel in de klinische praktijk als in onderzoek wordt seksverslaving gezien als een coping strategie om met de beschadiging uit de kindertijd om te gaan. Personen met een seksverslaving hebben geleerd dat seks een krachtige manier is om te kunnen vluchten. Het verzacht de pijn van het trauma, maar het trauma wordt hiermee echter ook herhaald. Ten aanzien van hechting wordt in onderzoek een verband gezien tussen onveilige hechting en seksverslaving. Hechtingsproblemen ontstaan door trauma, disfunctie in het gezin door weinig grenzen en ongezonde regels, gezinnen waarin de zorgdragers verslaafd waren of psychiatrische problemen hebben of een chronisch gebrek aan verbinding. Dit is vergelijkbaar tussen vrouwen en mannen.
Bij vrouwen met een seksverslaving wordt vaak een moeizame hechting met de moeder gezien. Doordat ze zich als kind niet konden wenden naar de moeder voor zorg en steun ontstaan er problemen in de hechting en problemen in de ontwikkeling van de vrouwelijke identiteit. Hierdoor zochten ze iets anders om zich mee te verbinden en vaak was dit seks. Schaamte wordt vaak gezien als voedingsbodem voor seksverslaving en is vaak het gevolg van trauma en een breuk in de hechting. Schaamte is bij de vrouwelijke groep seksverslaafden nog groter vanwege overtuigingen die gerelateerd zijn aan het vrouw-zijn. Cultuur doet eveneens een bijdrage aan het ontstaan van een seksverslaving. Specifiek voor vrouwen is daarin bijvoorbeeld dat ze een ‘good girl’ moet zijn om liefde te mogen ontvangen, dat wanneer een vrouw seks initieert ze slecht is, dat haar vrouwelijkheid gelijk is aan haar aantrekkelijkheid en schoonheid, en dat seks hetzelfde is als liefde.
McKeague stelt dat deze 4 etiologische factoren elkaar beïnvloeden en versterken. Seksverslaving gaat vaak gepaard met andere vormen van verslaving. Patronen die veel voorkomen bij vrouwen zijn het gebruik van alcohol en drugs om schaamtegevoelens te verlichten, het verwisselen van de ene verslaving met de andere, alcohol en/of drugs als onderdeel van het ritueel, het gebruik van middelen om gevoelens te verdoven, remmingen te verminderen, de moed te vergroten om op jacht te gaan en om het romantische gevoel te versterken. Andere diagnoses die vaak worden gesteld bij vrouwen met seksverslaving zijn depressie, eetstoornis en een borderline persoonlijkheidsstoornis.
In de discussie van haar review doet McKeague verschillende aanbevelingen voor de professional ten aanzien van de behandeling van vrouwen met een seksverslaving. Vergelijkbaar met de behandelvorm voor mannen met een seksverslaving wordt een multimodaal en multi-theoretisch behandelmodel aanbevolen. Idealiter bestaat deze enerzijds uit individuele therapie met zowel psychodynamische elementen als elementen uit de cognitieve gedragstherapie. De individuele therapie richt zich op het opbouwen van een sterke therapeutische relatie, schaamtevermindering, en traumawerk. Anderzijds bestaat de aanbevolen behandeling uit groepstherapie en deelname aan 12 stappen groepen. Wanneer dit van toepassing is, zou relatietherapie ook onderdeel moeten zijn van de behandeling.
McKeague noemt een aantal zaken waar de hulpverlener alert op moet zijn. Zo moet deze rekening houden met het feit dat de vrouwelijke seksverslaafde cliënt zich veelal anders presenteert dan de mannelijke cliënt. Het gedrag lijkt meer relatie-georiënteerd. Veel van de vrouwelijke cliënten zullen zich met een relatie- of liefdesverslaving presenteren. Tevens moet de hulpverlener alert zijn op andere verslavingen en deze een plek geven in het behandelplan. Ook moet men alert zijn op andere stoornissen als depressie, eetstoornissen en aanwijzingen voor een borderline persoonlijkheidsstoornis. Een vrouwelijke cliënt met een seksverslaving zal zich in veel gevallen aanmelden voor behandeling voor deze klachten in plaats van voor seksverslaving. Groepstherapie moet plaatsvinden in een groep met alleen vrouwen en het heeft ook sterk de voorkeur om een 12-stappen groep te kiezen die specifiek gericht is op vrouwen indien deze wordt aangeboden. Abstinentie van 30 tot 90 dagen wordt aanbevolen. Op deze manier wordt het mogelijk om af te kicken en de onjuiste overtuiging te ontkrachten dat seks de meest belangrijke behoefte is. Dit kan angst oproepen omdat seksualiteit een manier is om verbinding en controle te voelen. Het is belangrijk dat dit wordt erkend in de behandeling. Specifieke aandacht voor schaamte, hechtingsproblemen en trauma is noodzakelijk, alsmede de interactie tussen deze 3 gebieden.
Bron: Mc Keague, E.L. (2014). Differentiating the Female Sex Addict: A Literature Review Focused on Themes of Gender Difference Used to Inform Recommendations for Treating Women with Sex Addiction. In: Sexual Addiction & Compulsivity, 21:203-224.